vandenb.com // Walter van den Berg


779 woorden: Mensen die hebben doorgeleerd

30 november 2009

Ik zat zaterdag bij m’n oude moedertje in het ziekenhuis, en ik vertelde dat ik die avond naar Nijmegen moest, naar de Wintertuin, en dat de aardige mensen van de Wintertuin me hadden gevraagd of ik een politieke toespraak wilde schrijven, waar ik vooral flink wat retorica in moest gooien.

Dus ik vertelde dat ik iets had geschreven waarin ik wat vooroordelen over politici en mensen die hebben doorgeleerd had gestopt, dat mensen het maar verdacht vinden dat niet alle stoelen in de tweede kamer altijd bezet zijn, bijvoorbeeld, en mijn oude moedertje zei dat ze het daarin met me eens was — ze vond het inderdaad maar verdacht dat niet alle stoelen altijd bezet waren.

Ach.

Saskia de Coster en toneelschrijver Joeri Vos was hetzelfde gevraagd, en onze toespraken zouden becommentarieerd worden door deskundologen: Jan Kuitenbrouwer, natuurlijk, en Jaap de Jong. Vooraf zou er een deskundig praatje worden gehouden, maar dat praatje duurde nogal lang — achter de coulissen begonnen we te vrezen voor een leeglopende zaal.

Toen ik dan eindelijk aan werd gekondigd, had ik de eerste zin van mijn toespraak gewijzigd. Ik kwam op, ging achter het spreekgestoelte staan, wees naar de deskundologen en zei:

Mensen die hebben doorgeleerd.
De mensen die hebben doorgeleerd weten het beter.
De mensen die hebben doorgeleerd weten wat goed voor ons is.
De mensen die hebben doorgeleerd hebben kennelijk een luikje dat ze naar gelieven open en dicht kunnen doen, en als ze dat luikje opendoen, kunnen ze bij u en bij mij, bij ons, naar binnen kijken en zien wat wij willen.
Sterker nog — wat we zouden moeten willen.
De mensen die hebben doorgeleerd weten het. Dat is namelijk waar ze voor hebben doorgeleerd. En wat is doorleren in dit land? Een paar jaar op onze kosten zuipen en brallen in de grote stad en wachten tot er een goeie stoel vrijkomt. En ondertussen zitten de vaders en moeders en de vriendjes van de vaders en moeders al met hun doorgeleerde konten op de goeie stoelen en die zijn pas van plan op te staan als er weer wat van die brallende jongens en meisjes klaar zijn met dat doorleren. Hier, kom maar, we hebben wat plekken voor jullie vrijgehouden; en dan gaan wij ons terugtrekken in ons grote huis op de grachtengordel.
Zo gaat dat, met de mensen die hebben doorgeleerd.
Terwijl wij, vrienden, terwijl wij leren lezen en schrijven en daarna de fabrieken ingaan.
Terwijl de mensen die hebben doorgeleerd hun geld tellen. Geld dat ze krijgen omdat ze doorgeleerd hebben van onze belastingcenten.
En waar wonen de mensen die hebben doorgeleerd? In huizen die wij bouwen. Wij, de mensen met een eerlijk vak.
Terwijl wij werken, lezen zij boeken.

Niet meer.

Als de mensen die hebben doorgeleerd eens met hun konten van de goeie stoelen af zouden komen, als ze eens uit de grachtengordel zouden komen, zouden ze zien wat er echt aan de hand was in dit land. Als ze wisten wat er echt aan de hand was in dit land, zouden ze zich kapot schrikken, vrienden.
Maar de mensen die hebben doorgeleerd denken het allemaal prima te weten.
Terwijl ze nog nooit naast ons in de fabriek hebben gestaan. Terwijl ze nog nooit een muur hebben gemetseld. Terwijl ze nog nooit in onze kleine huizen hebben gewoond waar de muren zo dun zijn dat we de familie met tien kinderen naast ons zo duidelijk horen alsof we bij elkaar in de kamer slapen; en die familie was hier niet geweest als de mensen die hebben doorgeleerd jaren geleden niet hadden bedacht dat die families hier moesten zijn.
In onze straten. En niet in die van de mensen die hebben doorgeleerd.
Want de mensen die hebben doorgeleerd wonen ver bij ons vandaan, vrienden.
En toch weten de mensen die hebben doorgeleerd het beter.

Niet meer.

Vertel me eens, vrienden — hebben we het ondertussen niet eens gehad met de mensen die hebben doorgeleerd? Zijn we het niet eens zat?
Met hun konten op de goeie stoelen. En dan vraag ik niet om andere konten op de goeie stoelen — ik wil die stoelen weg.
Die konten uit die stoelen, en de stoelen ook weg, bij het grofvuil. Die stoelen waar wij het geld voor betalen, waar wij voor werken, en waar zij met hun konten op gaan zitten als het hun uitkomt. De goeie stoelen zijn namelijk akelig vaak leeg, en de mensen die hebben doorgeleerd, krijgen wel gewoon hun geld.
Is dat eerlijk?
Klopt dat?
Ik weet niet hoe het met jullie zit, vrienden, maar ik denk niet dat het klopt.

Weten jullie wat ik wil zeggen?
Niet meer.
Willen jullie dat straks met mij zeggen? Niet meer?

Ik wil niet meer dat mensen die denken dat ze het beter weten beslissingen maken die mij aangaan. Mensen die hebben doorgeleerd, mensen die in boeken hebben gelezen hoe wij zijn, hoe de schrijvers van die boeken denken dat wij zijn, schrijvers die over hun brilletjes hebben getuurd en denken te weten wat voor leven wij leiden. Weten jullie wat ik met hun brilletjes wil doen? Ik wil hun brilletjes van hun neus pakken, ik wil hun brilletjes op de grond gooien, en ik wil hun brilletjes plat trappen. De arrogantie, vrienden. De arrogantie. Wat denken ze over ons te weten? Wat geeft hen het recht te denken dat zij weten waar ons luikje zit? Luikje open, en ja, we zien het al, we weten wat goed is voor jullie.

Niet meer.

Laat de mensen met een eerlijk vak het eens voor het zeggen krijgen. Laat de mensen die voor dag en dauw opstaan en hun rug kapot hebben gewerkt voor hun vijftigste het eens voor het zeggen krijgen. Wij weten wat we willen. Wij weten wat goed voor ons is.

We laten de mensen die hebben doorgeleerd dat niet meer bepalen.

Want wij zullen zeggen: niet meer.

En dat was ‘m dan.
Er werd nog wat verder gedeskunderd, Saskia en Joeri mochten nog, en iedereen in de zaal hield het wel zo’n beetje vol, geloof ik.

Later toegevoegd: voor de mensen die het niet helemaal begrijpen: deze toespraak komt niet voort uit mijn ideeën over de wereld, dit heb ik verzonnen omdat de Wintertuin een toespraak wilde met retorische trucjes. Ik kan u doorverwijzen naar een stukje dat wel mijn ideeën over de wereld vertegenwoordigt.


U kunt zich inschrijven voor de nieuwsbrief.

Dit artikel is geplaatst op 30 november 2009, in de categorie Ergens anders.

Hiervoor/hierna

Hiervoor geplaatst:

Hierna geplaatst:

Statistieken worden bijgehouden door Google Analytics, maar ik heb geen idee waar ik eigenlijk naar kijk.