 |
|
Jaarclub Ik haat ze. Ik haat ze allemaal. Met hun dikke reten van het bier drinken en hun hese stemmen van het schreeuwen en ik moet nog zo lang met ze. Ik moet drie keer per week met ze eten en elke maand is er wel een stom feest waarop ik een stomme jurk aanmoet en we zien er godverdomme allemaal hetzelfde uit. Ik haat de jongens. De lul die op mij valt zou op ons allemaal kunnen vallen en waarschijnlijk doet ie dat ook en als ie niet op ons valt is het alleen maar omdat we toch wel te neuken zijn, als ie maar van het corps is. Ik haat ze echt. Ik haat paps en mams omdat ze vonden dat het nodig was voor me, dat het goed zou zijn voor me, liefje, prinsesje, je gaat zoveel vrienden maken en die vrienden heb je voor de rest van je leven. Ja, paps en mams, maar daar ben ik nou juist zo bang voor. Ik haat mijn beste vriendin. Ik weet niet eens waarom ze m’n beste vriendin is want er is niets waarmee ze zich onderscheidt van de anderen. Ik haat hockey. Ik zit al vanaf mijn zevende op hockey en ik haat het. Ik ga ooit iedereens knieën op de club kapot slaan en als ik daarmee klaar ben neem ik mijn hockeystick mee naar de vereniging en sla ik daar alle hoofden in. Als ik daar klaar mee ben, ga ik eerst een flink potje janken, want ik haat mezelf. (28-05-2004) The photographs on this web page are copyright 2004 Martijn van de Griendt Fotografie.
|
