Onze hond heeft artrose. Hij mag niet al te veel beweging meer hebben, dus we maken geen lange wandelingen meer. We gaan een paar keer per dag een kort rondje met ‘m lopen, en we zijn blij als we merken dat hij blij is. Die blijheid kan ook een probleem zijn: van blijheid gaat hij bewegen, en van bewegen krijgt hij pijn. En tegen je blije hond zeggen dat hij moet stoppen met blij zijn — dat beitelt kleine stukjes van je hart af.
Gisteren liepen we rustig langs het gras, en er kwam een jonge hond op onze hond afrennen. Er werd gesnuffeld, er werd vriendschap gesloten, en er werd gespeeld. Rustig, Banjer, zei ik, denk aan je rug, meer om aan de baas van de jonge hond te laten merken dat ik onze hond niet tot rust maande omdat ik een vervelend persoon was, dan dat ik verwachtte dat Banjer daadwerkelijk aan zijn rug zou denken.
De jonge hond liep door, wij liepen rustig het park uit.
Toen we dertig meter verder waren, bleef Banjer stilstaan.
Lukt het niet meer, jochie?
Nee, het lukte niet meer.
Ik schepte hem van de grond en tilde hem naar huis. Hij zette een voorpoot tegen mijn onderarm en leunde zijn lichaampje tegen het mijne.
Dit artikel is geplaatst op 7 mei 2014, in de categorie Cursief.
Statistieken worden bijgehouden door Google Analytics, maar ik heb geen idee waar ik eigenlijk naar kijk.